Home | Staatssecretaris OCW biedt nota nieuwe Archiefwet aan
Staatssecretaris OCW biedt nota nieuwe Archiefwet aan
Gepubliceerd op: 09 - 04 - 2024
Trefwoorden
Archiefwet
Nota
Staatssecretaris
Deel dit bericht
De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft de antwoorden op de Kamervragen over de nieuwe Archiefwet aangeboden aan de Tweede Kamer.
Deze nota naar aanleiding van het nader verslag is mede namens de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) overhandigd. Daarnaast wil de staatssecretaris van OCW de wet op 1 januari 2026 in laten gaan. Samen met het nieuwe Archiefbesluit en de Archiefregeling.
De nota naar aanleiding van het nader verslag beantwoordt de vragen van 10 oktober 2023 van de vaste commissie voor OCW over het wetsvoorstel voor de nieuwe Archiefwet. Ook is een tweede nota van wijziging bijgevoegd. Met daarin een aantal verbeteringen op het wetsvoorstel.
Van 1 januari 2025 naar 1 januari 2026
Naast de beantwoording van de gestelde vragen heeft de Staatssecretaris van OCW dit moment aangegrepen om aan te kondigen dat de beoogde inwerkingtreding van de wet een jaar uitgesteld zal worden, van 1 januari 2025 naar 1 januari 2026. Hier zijn verschillende redenen voor.
De inwerkingtredingsdatum van 1 januari 2025 werd meer en meer onzeker, vanwege de tijd die naar verwachting nodig is voor de verdere Kamerbehandeling van het wetsvoorstel.
De zorgvuldige verwerking van de reacties op de concepten van het Archiefbesluit en de Archiefregeling kosten tijd.
Zekerheid over de inwerkingtredingsdatum van het wetsvoorstel is van groot belang voor de Regionale Historische Centra.
Hoe nu verder?
Op basis van deze nota naar aanleiding van het nader verslag is het nu aan de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap om te bepalen wat de volgende stap wordt in de behandeling van het wetsvoorstel. Op 18 april is de eerstvolgende procedurevergadering van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap waarin de nota n.a.v. het nader verslag geagendeerd zou kunnen worden.
Na afronding van het traject van de schriftelijke voorbereiding volgt de plenaire behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer. Als het wetsvoorstel is aangenomen, gaat het wetsvoorstel naar de Eerste Kamer. In de Eerste Kamer wordt het wetsvoorstel eerst behandeld in een gespecialiseerde commissie, net als in de Tweede Kamer.