FEBRUARI 2020 | NUMMER 1 SINDS 1892 | JAARGANG 124 UITGAVE VAN DE KONINKLIJKE VERENIGING VAN ARCHIVARISSEN IN NEDERLAND archievenblad Archief 2020 Terugblik op een golf van verandering Het ‘witte’ archief onder vuur ‘Wiens geheugen vertegenwoordigen we eigenlijk?’ Ontwerp Archiefwet 2021 Grondbeginselen en aandachtspunten Atlantis Crowdsourcing Atlantis Crowdsourcing Atlantis Platform voor collectiebeheer en online presentatie Belééf het Erfgoed Archief- en inventaris Beeldbank Museum Bedrijfshistorie Bibliotheek Archeologie Bouwdossiers Kranten en tijdschriften Akten en registers 033-2992277 office@deventit.nl www.deventit.nl Atlantis is een volledig webbased oplossing voor collectiebeheer en het online publiceren van erfgoedcollecties. Kenmerken van Atlantis zijn: gebaseerd op internationale standaarden, géén gebruikerslicenties, onbeperkt support en krachtige publicatie-, zoek- en integratie- functies. Online presentatie van collecties is naadloos onderdeel van de oplossing waarmee Atlantis volledig integreert binnen uw eigen website of websites van derden. Collecties uit systemen van derden worden met Atlantis samengesmeed tot één geïntegreerd geheel. Erfgoedwebsites van DEVENTit zijn toegankelijk en onderscheidend in vormgeving en werking. Door toepassing van de nieuwste technieken en standaarden wordt bezoekers een optimale erfgoedbeleving geboden. DEVENTit is ISO 270001 gecertificeerd. Atlantis is NEN 2082 gecertificeerd.3 Terugblik op Archief 2020 In de jaren 2013-2016 bracht Innovatie- programma Archief 2020 een golf van verandering met zich mee. Marens Engelhard blikt terug op behaalde resultaten én kijkt vooruit naar de toekomst. ‘De digitale transitie is nog volop aan de gang. Juist daarom is het zo belangrijk te weten waar we eigenlijk mee bezig willen zijn en wat de kern vormt van onze bijdrage aan de samenleving.’ Het ‘witte’ archief onder vuur Archiefinstellingen vormen het nationaal geheugen. Tijdens de Ketelaarlezing 2019 nam Charles Jeurgens de neutraliteit van archieven onder de loep. ‘We moe- ten kritisch zijn. Wiens geheugen vertegenwoordigen we eigenlijk?’ ARCHIEVENBLAD | 2020 | NUMMER 1 INHOUD 10 16 04 Van de redactie 05 De archiefervaring 09 Brievenreeks 12 Publieke waarden van archiefinstellingen 19 Excursie Toscane 20 Drie kilometer FNV-archief 23 Onteigening WOII in kaart gebracht 26 Reactie Archiefwet 2021 28 De toekomst van het CDD+ (deel 2) 31 Column 32 Uitgelezen Open dag nieuwe stijl bij het Regionaal Archief Tilburg Eens per jaar de deuren opengooien om een breed publiek te trekken: veel archiefinstellingen doen het, maar wat levert dat uiteindelijk op? Regionaal Archief Tilburg koos enkele jaren terug voor een andere koers, met verrassend resultaten. 34 BURGERLIJKE STAND ‘Kennis van archivistisch denken blijft nodig’ In gesprek met Yvonne Bos-Rops 6 En verder in dit nummerARCHIEVENBLAD | 2020 | NUMMER 1 Colofon Het Archievenblad is een uitgave van de Koninklijke Vereniging van Archivarissen in Nederland (KVAN). Het Archievenblad verschijnt tienmaal per jaar. Alle leden van de KVAN ontvangen het Archievenblad. Redactie Joris van Dierendonck (eindredacteur), Wouter van Dijk, Maaike Heems kerk, Mirjam Schaap, Geert Stroo, Cees Tromp, Bernadine Ypma (hoofd redacteur), Marian de Vos, Nick Werring, Vera Weterings. Redactieadres Archievenblad Postbus 5135, 1410 AC Naarden Telefoon: (035) 542 74 35 E-mail: redactie@archievenblad.nl E-mail persberichten: nieuws@archievenblad.nl Website: www.archievenblad.nl Vaste medewerkers Niels Bongers, Peer Boselie, Puck Huitsing, Hannie Kool-Blokland, Erik Kraai, Noor Schreuder, Christian van der Ven, Bert de Vries. Abonnementen en ledenadministratie Wie geen lid is van de KVAN kan het Archievenblad bestellen bij het KVAN-bureau. Ook voor adreswijzigingen kunt u daar terecht. KVAN-bureau Postbus 5135, 1410 AC Naarden Telefoon: (035) 542 74 35 E-mail: info@kvanbrain.nl Website: www.kvan.nl Jaarabonnement Nederland € 78,00 Buitenland € 90,25 Losse nummers € 8,00 Advertenties Voor vragen over de advertentiemogelijkheden kunt u contact opnemen met media-adviseur Herman Wessels van APPR Hét Brancheburo Telefoon: 035 – 694 28 78 E-mail: herman@apprhbb.nl Ontwerp en opmaak Els Gulpen Grafische Vormgeving, Heerlen Druk Damen Drukkers, Werkendam Covertekening Niels Bongers ISSN 1385-4186 Het volgende nummer van het Archievenblad verschijnt in april 2020. Toekomstbestendig Een nieuw jaar is begonnen. Dat is altijd een bijzonder moment, maar nu nog meer dan anders. Lange tijd was ‘2020’ een stip in de toekomst, zoals tijdens het programma Archief 2020. Nu dit jaar eindelijk is aangebroken, is het tijd om de balans op te maken. Archief 2020 was een innovatieprogramma in de jaren 2013-2016. Grote en kleine archiefdiensten werden gestimuleerd om, samen met overheden, projecten op te zetten op het vlak van duurzame digitale toegankelijkheid. Welke inzichten heeft dit opgeleverd? In dit nummer kijkt Marens Engel- hard terug, maar gaat ook in op de vraag hoe wij als sector nieuwe stappen kunnen zetten. Het zal u niet ontgaan zijn: het Archievenblad heeft een fonkelnieuwe vorm- geving! De afgelopen drie jaar heeft de redactie gewerkt aan vernieuwing van zowel inhoud als vorm van het blad. Zo verhuisden de agenda en nieuws- berichten naar de website en de nieuwsbrief. Informatieve artikelen over archivistische onderwerpen worden steeds vaker aangevuld met artikelen vanuit aanpalende sectoren, denk bijvoorbeeld aan de stukken over publieks- benadering door musea. In samenwerking met het bestuur van KVAN/BRAIN is gezocht naar een goede communicatiestrategie voor de vereniging. Zo- doende is ervoor gekozen om persoonlijke berichten (pensionering, promotie, jubileum, in memoriam et cetera) voortaan op te nemen in de nieuwsbrief en/ of op de website. Kopij kunt u aanleveren via info@kvanbrain.nl. Het Archievenblad is een vakblad van, voor en door de beroepsgroep. Het blad informeert, biedt (hopelijk) inspiratie en daagt uit om te innoveren. Het Archievenblad gaat over erfgoed en over overheidsinformatie, over maatschappelijke vraagstukken en over informatiemanagement. De redactie streeft naar meer reflectie op actuele ontwikkelingen. Doel is om de beroepsgroep te stimuleren na te denken over het doorontwikkelen van de sector. Dat doen wij enerzijds door meningen en opinies te peilen aan de hand van redactioneel onderzoek. Anderzijds nodigen wij iedereen uit om te reageren met zijn/haar visie op de ontwikkeling van de archief-, informatie- en erfgoedsector. Wat zijn de ethische en maatschappelijke vraagstukken waar wij als archivarissen voor staan? Hoe mengen we ons in het debat en hoe maken we de archiefprofessional toekomstbestendig? Pitch je idee via redactie@archievenblad.nl. VAN DE REDACTIE Citaat van de maand ‘De grootste vraag van de huidige tijd is hoe de mens greep houdt op zijn leefwereld.’ Alexei Krups (personage in ‘Klont’, geschreven door Maxim Februari) Tekst Bernadine Ypma | hoofdredacteur5 ARCHIEVENBLAD | 2020 | NUMMER 1 ‘Dief, smeerlap, rotzak’: het zijn woorden uit een strafvonnis dat ik heb ingevoerd in het kader van digitale toegankelijkheid. In een paar dagen zag ik honderden vonnissen, maar precies dit vonnis is me bijgebleven. Dat komt deels door sensatiezucht: het zou zo de basis kunnen vormen voor een scène in GTST. Maar vooral was het de te- genstrijdigheid tussen vroeger en nu die me aansprak. Anno nu kom je echt niet voor de rechter als je iemand ‘rotzak’ hebt genoemd. In 1877 lag dat allemaal een beetje anders. Elisabeth en Catharina zijn op bezoek bij een andere vrouw wanneer zij vlammende ruzie krijgen. Volgens getuigen begint het bij Catharina. Die merkt fijntjes op dat Elisabeth tijdens haar huwelijk met Jan en alleman het bed is ingedoken. Elisabeth wordt woest en scheldt Catharina uit voor al het ergs dat zij bedenken kan. Heel begrijpelijk: haar echtgenoot was kortgeleden op ongelukkige wijze om het leven geko- men. Catharina’s opmerking moet haar pijn gedaan hebben. Ook de rechter toont begrip voor Elisabeths situatie. Hij spreekt haar vrij van schelden ‘zonder daartoe uitgetergd’ te zijn. Persoonlijk vind ik dat dit vonnis een prachtig voorbeeld is van wat wij als archiefwereld mensen te bieden heb- ben. Het zou de inspiratie kunnen zijn voor wetenschappelijk onderzoek naar veranderende normen en waarden, of ontwikkelingen binnen het rechts- systeem. Het zou een fantastische anekdote kunnen opleveren voor de genealoog wiens familielid in het vonnis wordt genoemd. Het zou een mooie toevoeging zijn aan het artikel van een heemkundekring over de verhalen van ‘gewone’ mensen uit hun stad of dorp. Ook voor ons hebben dit soort archief- stukken potentie. We kunnen ze ver- werken tot een mooi verhaal voor op de website of sociale media: pr is en blijft een belangrijk hulpmiddel in het waar- borgen en verantwoorden van ons be- staan als archiefdienst. Tevens kunnen dit soort archiefstukken ook een grote rol spelen in het enthousiast maken én houden van onze vrijwilligers. Aange- zien zij sleutelfiguren zijn in het digitaal toegankelijk maken van onze collecties, lijkt me die optie zeker de moeite waard om eens verder te verkennen. Sinds kort werk ik mee aan een van onze nieuwste vrijwilligersprojecten, die volledig online via Het Volk wordt gerund. Deze digitale aanpak heeft ontzettend veel voordelen – het aan- spreken van een breder publiek, het gemakkelijker maken voor vrijwilligers om er dagelijks aan te werken – maar maakt het ook heel lastig om je vrijwil- ligers gemotiveerd te houden. Stel je voor: dag in dag uit achter je com puter het ene na het andere archiefstuk in- voeren. Geen gezellige koffiepauzes met andere vrijwilligers. Geen uitjes, kerst- pakketten of andere bonussen. Ergens moet je door gemotiveerd worden, anders houd je het snel voor gezien. Het is dat punt waarop archiefstuk- ken zoals het vonnis van Elisabeth, zo prachtig inspelen op wat vrijwilligers nodig hebben. Ze geven leven aan invoerwerk. Ze maken enthousiast. Ze inspireren om snel weer achter de computer te kruipen en een nieuwe ‘ontdekking’ te doen. Dat gebeurde ook bij mij toen ik twee jaar geleden dit vonnis tegenkwam. De absurditeit dat deze scheldwoorden tot een rechtszaak hebben geleid, de beschreven scène die ik me zo levendig kon voorstellen: het inspireerde me en maakte me enthousiast. Daardoor vertelde ik met hernieuwde passie over mijn stage in de archiefwereld aan iedereen die het horen wilde. Als we al onze vrijwilligers nu zo’n archiefervaring kunnen geven, dan komt het volgens mij wel goed met het digitaal toegankelijk maken van onze collecties. | Hilde Jansma DE ARCHIEFERVARING VAN Hilde Jansma in de studiezaal van het Brabants Historisch Informatie- centrum. Tekst en foto's Hilde Jansma | medewerker informatiebemiddeling BHIC Archiefbronnen herbergen soms kleurrijke anekdotes. ARCHIEVENBLAD | 2020 | NUMMER 1 6 ‘In ons vak gaat het vooral om betekenis en duiding’ Terugblik op Archief 2020 Tekst Marens Engelhard | algemeen rijksarchivaris Nu het dan echt 2020 is, lijkt het vierjarenprogramma Archief 2020 alweer ver achter ons. Sinds de start in 2013 is er in mijn ogen veel veranderd. Niet alleen in de archiefsector, maar ook in de omgeving en de verbindingen tussen voorheen gescheiden domeinen. De drie belangrijkste veranderingen: • Volledige acceptatie van het inzicht dat DIV, Archief en IT nauw samenhangende functies zijn. • Innovatie, projectmatig werken en kennisdeling zijn een meer vanzelfsprekende attitude geworden. • De archiefsector is grotendeels zijn ‘Calimero-complex’ ontgroeid. Archief 2020: op weg naar de toekomst Archief 2020 was een investering door het ministerie van OCW van zo’n 8 miljoen in de archieffunctie, met als doel stappen te zetten naar een radicaal andere toekomst. Wij wisten al langer dat door digitalisering fundamentele zekerheden rond data en informatie op zijn kop worden gezet. We wisten nog niet goed hoe het archiefvak zich daartoe moest verhouden. Ook nu nog moeten we basis- begrippen opnieuw hanteerbaar maken, denk aan ordening, context, selectie, opslag, vernietiging, duurzaamheid en authenticiteit. Het grote verschil met pre-Archief 2020 is dat we nu weten dat er daarover meer gedeeld bewustzijn is ontstaan en dat we de oplossingen verder zoeken dan alleen in praktische instrumenten. De oplossingen kunnen worden gevonden in co-creatie, door experimenteren, door samen te werken met andere disciplines, door archieffuncties in te bedden in systemen, door de vanzelfsprekendheid van kennisdelen en door oude zekerheden los te laten. Archief 2020 heeft in mijn beleving sterk bijgedragen aan dit besef en deze attitude. Ervaring bij het Stadsarchief Amsterdam Het zou niet volledig zijn als ik mijn eigen ervaring daarin niet betrek. Het verbaasde mij sinds mijn kennismaking met de archiefsector dat archivarissen zichzelf vaak als underdog beschouwden, terwijl ze een vak uitoefenen met zulk een grote waarde, maar met zo weinig erkenning! Dat eeuwige stoffige imago! Altijd achteraan in de rij, et cetera et cetera. Ik was bij de start van Archief 2020 drie jaar directeur van het Stadsarchief Amsterdam (SAA). Dat archief had in mijn ogen gelukkig wat minder last van dat sentiment en was volop bezig met een eigen e-depot en andere ontwik- kelingen. Het SAA had de neiging zich niet al te veel te bekommeren om landelijke ontwikkelingen. Archief 2020 vooral als financieringsbron Mijn eerste perceptie van Archief 2020 was daardoor vooral als financieringsbron voor projecten die we zelf wilden uit- voeren. Daarnaast leek het me heel nuttig als Archief 2020 een aantal instrumenten en voorzieningen ontwikkelde waar wij als sector om zaten te springen. Ik ging het gesprek aan met het projectteam om te horen hoe wij gebruik van de programmagelden konden maken en om mijn wensen- lijstje in te leveren. Het bleek snel dat het team daar toch anders naar keek! Geen projectgeld zonder kennisdeling. Het was meer geïnteresseerd in ateliers en labs, meer in netwerk vorming en bewustwording. Allemaal heel loffelijk vond ik, maar daar schoten wij als SAA niet zo veel mee op. Marens Engelhard: ‘Er is enorm veel energie ontstaan.’ We werken in een opwindend, zich vernieuwend en verjongend vakgebied. Dat uitdragen en in de praktijk brengen is het beste vervolg op Archief 2020. ARCHIEF 2020Foto's Anne Reitsma Een ander beeld bij het Nationaal Archief Achteraf ben ik hen dankbaar voor deze benadering. Na vier jaar SAA wisselde ik van pet. Vanuit het Nationaal Archief (NA) kreeg ik een ander beeld. Ik zag een zeker antago- nisme in de sector. Het geld van OCW was welkom, maar de houding ten opzichte van het NA was ambigu. Het NA werd vaak gezien als vervuld van het eigen gelijk, wat star en ‘Haags’. Het was duidelijk dat de innovatiekracht van de sector (inclusief die van het NA zelf natuurlijk) niet centraal ‘aangestuurd’ kon worden. Archief 2020 probeerde dus vanaf het begin het eigenaarschap van het programma zo veel mogelijk te delen en te spreiden. Het probeerde meer aandacht te geven aan stimulering van productontwikkeling dan aan producten zelf, meer aandacht aan netwerkvor- ming dan aan besluitvorming, meer aan losmaken dan aan inkaderen. Dat is denk ik behoorlijk gelukt. Als je nu kijkt naar de landelijke kaartjes uit 2015 met projectactiviteiten, naar de deelnemerslijsten, naar het scala aan onderwerpen en thema’s, dan zie je dat er enorm veel energie is ontstaan. Sterke netwerken en concrete toepassingen Die energie is nog niet weg. Netwerken zijn sterker geworden en voortgezet in verschillende vormen. Denk aan het Kennis- netwerk Innovatie en Archieven (KIA) met bijna vierduizend deelnemers en zeventien actieve thematische platforms, de Jonge Archivarissen met hun eigen bootcamps, het Netwerk Digitaal Erfgoed dat zich op direct aanpalend terrein richt, de RHC’s die hun regionale kennisfunctie versterken, ver- beterde samenwerking met de landelijke koepels van VNG, Waterschappen en Provincies, het Landelijk Strategisch Archiefoverleg, het Netwerk Oorlogsbronnen en het (op de rijksoverheid gerichte) programma RDDI. 1 Dat wijst op een actieve en netwerkende sector. Daarnaast zijn er natuurlijk de concrete toepassingen en handreikingen die zich ver- breiden zoals MDTO, vervanging, archivering van videotulen, actieve openbaarheid, productie en beschikbaar stellen van Open Data en Linked Open Data, en concepten als DUTO, AIDO en archiving by design . 2 Ik wil geen uitputtende opsom- ming geven, al was het alleen omdat niet altijd precies aan te wijzen is wat voortkomt uit de activiteiten rond Archief 2020 en wat voortkomt uit de beweging die in gang is gezet. Futurelab Een inspirerende sessie in Archief 2020 was het futurelab met futuroloog Jan Nekkers en met deelnemers uit weten- schap, techniek, overheid en bedrijfsleven. Aan de orde was onze verhouding tot de Wet van Moore over de exponentiële groei van opslag en verwerking van data. Wat ik hieruit heb geleerd, is dat ons vak vooral gaat om betekenis en duiding. Goede toegang en context zijn belangrijker dan louter Slotmanifestatie Archief 2020 op 1 december 2016. ‘Goede toegang en context zijn belangrijker dan louter volume van data’ » 7ARCHIEVENBLAD | 2020 | NUMMER 1 8 » | Terugblik op Archief 2020 volume van data. De archieffunctie beoogt wel reconstructie en rechtszekerheid, maar niet alles is te bewaren voor de eeuwigheid. Hierover ontstaan telkens weer even verwach- tingsvolle als oeverloze discussies. Verwachtingsvol, omdat inderdaad AI-toepassingen en opslagcapaciteit nog slechts aan het begin lijken te staan. Als bijvoorbeeld DNA-opslag ooit mogelijk wordt, verbleken de nu al astronomische digitale mogelijkheden. Oeverloos, omdat niet de moge- lijkheden centraal moeten staan, maar dat wat we teweeg willen brengen. Wat je ook uit het futurelab kon leren, is dat de toekomst die we toen schetsten als het meest radicale en verafgelegen scenario, eigenlijk al goeddeels werkelijkheid is. Waar willen we ons mee bezighouden? Zijn we dan nu klaar? Natuurlijk niet. Is dat erg? Natuurlijk niet. De ontwikkelingen waar wij deel van uitmaken zijn nooit af. Waarschijnlijk zitten wij in een periode van transitie, hoewel er in de geschiedenis weinig periodes zijn waarvan dat niet gevonden werd. Hoe dan ook, de digitale transitie is nog volop aan de gang. Juist daarom is het zo belang- rijk te weten waar we eigenlijk mee bezig willen zijn en wat de kern vormt van onze bijdrage aan de samenleving. Juist wanneer wij beter kunnen uitdragen wat de waarden van de archieffunctie zijn (niet per se van de archiefinstellingen zelf!) kunnen wij beter het gesprek voeren met alle collega’s en bestuurders die met primaire processen bezig zijn. We kunnen betere keuzes maken in de overvloed aan digitale data en mogelijkheden die ons overspoelen wanneer we zelf al experimenterend kennis opdoen. Archief 2020: het vervolg Daarom is in mijn ogen het vanzelfsprekende vervolg op Archief 2020: • een periodieke multidisciplinaire toekomstexercitie om ervoor te zorgen dat we de grens van ons denken blijven oprekken; • een voortdurend samen optrekken in ontwikkeling en het delen van nieuwe toepassingen zoals we dat nu doen in projecten als Transkribus (geschreven tekstherkenning), TRIADO (ontsluiting oorlogsbronnen), PET (Privacy Enhancing technieken) en Linked Open Data; • bijdragen aan inbedding van archieffuncties in architec- tuur en IT-systemen aan de bron, bij zorgdragers en archiefvormers. We werken in een opwindend, zich vernieuwend en verjon- gend vakgebied. Het beste vervolg op Archief 2020 is dat uit te dragen en in de praktijk te brengen! | noten 1 RHC: Regionaal Historische Centrum; VNG: Vereniging Nederlandse Gemeenten; RDDI: Rijksprogramma Duurzaam Digitale Informatie. 2 TMLO: Toepassingsprofiel Metadata Lagere Overheden; DUTO: Duurzaam Toegankelijke Overheidsinformatie; AIDO: Archief Innovatie Decentrale Overheden. Archief 2020 heeft geleid tot concrete toepassingen en sterke netwerken. Slotmanifestatie Archief 2020. ‘De digitale transitie is nog volop aan de gang’ ‘De ontwikkelingen waar wij deel van uitmaken zijn nooit af.’9 ARCHIEVENBLAD | 2020 | NUMMER 1 BRIEVENREEKS Deze rubriek is een discussie in estafettevorm. In iedere aflevering richt een informatieprofessional zich tot een collega, die vervolgens de pen overneemt. In deze editie: Paul Baak, duovoorzitter KNVI. Beste Jan, Bedankt voor je brief, je interessante vragen en je verzoek om mijn visie te geven op de ontwikkelingen in ons vak gebied. Ik ben de redactie dankbaar voor deze mogelijkheid, en niet voor de eerste keer. In september 1991 publiceerde het Archievenblad een verslag van de archiefavonturen van twee geschiedenisstudenten – Christien Janson en ondergete- ken de – in India. Hoe je weg te vinden in slecht toegankelijke, niet-geïndexeerde archieven in een land dat bekendstond om zijn red tape bureaucratie? En dat in de tropen, met hoge temperaturen en een hoge luchtvochtigheid. Ja, India heeft ons veel geleerd, waaronder geduld en doorzettingsvermogen. Het is nu 30 jaar na deze studiereis in 1989. In die tijd is ons vakgebied geprofessionaliseerd. PIVOT, met daaraan gekop- peld de archiefinrichting op basis van taken, processen en activiteiten, stond centraal in de jaren 90 van de vorige eeuw. En met de snelle digitalisering kwamen de zorgen over digitale preservering en ook het onderzoek naar digitale duur- zaamheid. Juist in de archiefsector, traditioneel gezien het werkterrein van administratief-georiënteerde mensen, raasde een storm van vernieuwing die nooit is gaan liggen. De introductie van digitaal werken en de vergaande technologische mogelijkheden hebben gezorgd voor een paradigmashift in ons vakgebied. Continue innovatie, digitaal als uitgangspunt en archiving by design staan nu centraal. In die zin moeten we de laatste 30 jaar dan ook niet zien als geleidelijke evolutie, maar als de facto revolutie! Binnen het domein archivering lag de focus van oudsher op tekstuele, documentaire informatie, maar nu zijn ook sterk gestructureerde gegevens – data – een belangrijk asset. Was voorheen onderzoek gericht op reconstructie van het verleden , de aandacht is nu steeds meer gericht op het voorspellen van trends en ontwikkelingen . Zelf ben ik betrokken bij projecten waar Big Data en Business Intelligence een cruciale rol spelen. Zo helpen we een provincie om een dataware house in te richten waarin bijvoorbeeld sensordata van de provinciale autowegen en vaarwegen worden opgeslagen. Gecombineerd met andere (open) datasets levert dat waardevolle inzichten op over mobiliteit. De data worden niet alleen gebruikt om terug te kijken, maar ook om te komen tot voorspellende modellen die gaan helpen om brugopenin- gen efficiënter te laten verlopen, onderhoudskosten te verminderen en overlast van werkzaamheden te beperken. Een prachtige oplossing die de provincie meer duurzaam maakt, en dat alles op basis van gearchiveerde, ontsloten data! Dank ook voor jouw vraag over Robotic Process Automation, Artificial Intelligence en Ethiek, Jan. Belangrijke thema’s en voor mij de reden dat ik bestuurlijk actief ben voor de KNVI. Het verenigingsbestuur is ervan overtuigd dat de mens heid het aan zichzelf verplicht is om het beste uit eigen uitvindingen te halen ten gunste van de menselijkheid . Informatie- professionals richten technologie in en helpen bij het implementeren van oplossingen. Ze zijn zowel makers als opleiders als gebruikers. Inderdaad, als beroepsgroep faciliteren wij andere mensen en organisaties in toegang tot informatie. Mensen staan dan ook centraal. Technologie moet voor ons werken, toegankelijk zijn en maatschappelijk begrijpelijk blijven. Wat betreft Artificial Intelligence: algoritmen moeten ons helpen in ons vindgedrag en dusdanig toegankelijk zijn dat verantwoording kan worden afgelegd over de inrichting. Klinkt makkelijk, maar de praktijk is weerbarstig én o zo interessant! Waar ik nu zelf zo benieuwd naar ben: wat is de impact van al deze ontwikkelingen op de benodigde competenties van informatieprofessionals en archivarissen? Is het European Competence Framework (e-CF) daarin bruikbaar? Kunnen we voorspellen wat we over vijf jaar aan competenties nodig hebben, en wat is de impact daarvan op opleidingen en trainingen? Welke competenties zijn, naast vakinhoudelijke kennis, nu echt belangrijk? Mogelijk kan jij, Eric Kokke, hierop ingaan? Groet, Paul Baak Next >