archievenblad sinds 1892 jaargang 122 2018 7 Uitgave van de Koninklijke Vereniging van Archivarissen in Nederlandnummer 7 2018 n 3 40 ‘Ik droom van een archief-tomtom’ Sinds kort is Pieter Koenders met pensioen als hoofd Collectie van het Nationaal Archief. In de 22 jaar dat hij er werkte, had hij de toegankelijkheid hoog in het vaandel, bij voorkeur met behulp van vernieuwende methodes. Een terugblik. Floortje Tuinstra n 09 Identiteit en het collectieve geheugen van de samenleving Er is een toenemende belangstelling voor identiteit. Regionale identiteit is een belangrijke motivator voor de functie ‘collectief geheugen van de samenleving’ van archief instellingen. Problematisch wordt het echter als archief primair als erfgoed wordt beschouwd. Roland Bisscheroux n Inhoud 06 Op zoek naar de mogelijkheden van Machine Learning De hype rond kunstmatige intelligentie ontgaat niemand. Systemen zijn in staat waar te nemen, te leren, te handelen en zich aan te passen aan hun omgeving. Wat betekent dat voor de archiefsector? Kan een zelflerend systeem bijdragen aan een betere informatiehuishouding? Mette van Essen n 12 Archivaris gaat over grenzen Hij bezocht ruim 120 landen overal ter wereld. Waar mogelijk bezoekt hij tijdens een reis ook de nationale archiefinstelling, met een lange reeks bijzondere archiefervaringen tot gevolg. Een reisverslag. Richard van den Belt n INNOVATIE 04 Van de redactie 05 De archiefervaring 06 Op zoek naar de mogelijkheden van Machine Learning. Experimenteren met een zelflerende informatiehuishouding, Mette van Essen 09 Identiteit en het collectieve geheugen van de samenleving. Op weg naar de toekomst (slot), Roland Bisscheroux 12 Archivaris gaat over grenzen, Richard van den Belt 16 Een landkaart van digitale archieven in Nederland. Netwerk Digitaal Erfgoed (1), Joost van der Nat en Marcel Ras 20 AnneMarie Mreijen: ‘Historische bronnen brengen je in contact met het verleden’, Wouter van Dijk 24 Welmoed en Lise: twee kersverse Jonge Archivarissen van het Jaar, JONG archivarissen 26 Moderniseren van de Archiefwet 1995: ook voor het depotklimaat!, Janien Kemp 28 Open tenzij – een gepasseerd station? Doe mee met de Grote KIA Essay Prijs 2018, Jeroen Padmos 31 Vroegmoderne kronieken ontsluiten: een oproep, Erika Kuijpers en Judith Pollmann 32 In memoriam Arend van Giessel (19242018), Eric Ketelaar 34 Lezersbrief | De Gelderse Verbondsbrief van 1418, Gerrit Kouwenhoven 35 Column 37 Archiefmonument 38 Uitgelezen 40 Burgerlijke Stand | ‘Ik droom van een archieftomtom.’ In gesprek met Pieter Koenders, Floortje Tuinstra4 n 2018 nummer 7 Colofon Van de redactie Duurzaam duurt het langst De zomervakantie is afgelopen en de koffers zijn weer uitgepakt. De redactie van uw Archievenblad heeft niet stilgezeten. Het blad wordt voortaan gedrukt door Damen Drukkers. De redactie is bij deze overstap goed geholpen door Peter van Beek. Inhoudelijk is het blad ongewijzigd. Als vanouds presenteert de redactie dan ook een brede waaier aan gevarieerde onderwerpen. Roland Bisscheroux sluit zijn reeks artikelen over de archiefinstelling af met een blik op de toekomst. Bisscheroux constateert dat regionale identiteit een belangrijke motivator is voor de functie ‘collectief geheugen van de samenleving’ van archiefinstellingen. Bisscheroux wijst erop dat het te beperkt is om archief als erfgoed te beschouwen. De nadruk moet dan ook liggen op daar waar het archief gecreëerd en beheerd wordt. Het Nationaal Archief is samen met ICTU een experiment op het gebied van machine learning gestart. Mette van Essen stelt dat zelflerende systemen kunnen bijdragen aan een betere informatiehuishouding. Over duurzame bewaring gaat het artikel van Joost van der Nat en Marcel Ras. Een van de doelstellingen van het werkpakket Digitaal Erfgoed Houdbaar is het publiceren van de Landkaart Generieke Voorzieningen voor duurzame toegankelijkheid. Ras en Van der Nat doen verslag van onderzoek naar welke producten zoal worden gebruikt om collecties duurzaam toegankelijk te bewaren. Voor de bouw van een nieuw depotgebouw zijn de voorschriften uit de Archiefregeling van toepassing. Het Stadsarchief Amsterdam is momenteel bezig met de bouw van een nieuw depot en kiest daarbij voor een kouder en droger klimaat dan de Archiefregeling voorschrijft. Janien Kemp legt uit waarom het Stadsarchief hiervoor gekozen heeft. Voor de rubriek Historisch Perspectief ging Wouter van Dijk in gesprek met AnneMarie Mreijen, die onlangs promoveerde op een biografie over jonkheer Marinus van der Goes van Naters (19002005). De nalatenschap was zorgvuldig geselecteerd door de archiefvormer zelf. Belangrijk voor dit onderzoek waren daarom ook de bronnen die Van der Goes juist niet zelf selecteerde om aan archieven over te dragen. Pieter Koenders merkt in de rubriek Burgerlijke Stand op dat archieven per definitie een gemankeerd zicht bieden op wat zich in werkelijkheid in de maatschappij afspeelt. Hoezeer de maatschappij veranderd is, blijkt duidelijk uit de rubriek Archiefmoment. Daarin een portret van Hermine Moquette, de vrouw die geen archivaris mocht worden. Tot slot doen Erika Kuijpers en Judith Pollmann een oproep rondom kronieken, worden de twee Jonge Archivarissen van het Jaar gepresenteerd en nodigt Jeroen Padmos u uit om deel te nemen aan de Grote KIA Essay Prijs 2018. n Bernadine Ypma n hoofdredacteur@archievenblad.nl ‘Door al het optimisme is een kritische houding tegenover machine intelligentie nog heel zwak ontwikkeld.’ Marleen Stikker, directeur Waag Society Het Archievenblad is een uitgave van de Koninklijke Vereniging van Archivarissen In Nederland (KVAN). Het Archievenblad verschijnt tienmaal per jaar. Alle leden van de KVAN ontvangen het Archievenblad. Redactie Joris van Dierendonck (eindredacteur), Mirjam Schaap, May Scheepers, Geert Stroo, Cees Tromp, Floortje Tuinstra, Bernadine Ypma (hoofdredacteur), Marian de Vos, Nick Werring, Vera Weterings. Vaste medewerkers Roland Bisscheroux, Niels Bongers, Peer Boselie, Wouter van Dijk, Puck Huitsing, Charles Jeurgens, Hannie KoolBlokland, Erik Kraai, Noor Schreuder, Christian van der Ven, Bert de Vries. Redactieadres Archievenblad Westervoortsedijk 67D, 6827 AT Arnhem Telefoon: (026) 352 16 05 Email: redactie@archievenblad.nl Email persberichten: nieuws@archievenblad.nl Website: www.archievenblad.nl Abonnementen en ledenadministratie Wie geen lid is van de KVAN kan het Archievenblad bestellen bij het KVANbureau. Ook voor adres wijzigingen kunt u daar terecht. KVAN-bureau Westervoortsedijk 67D, 6827 AT Arnhem Telefoon: (026) 352 16 05 Email: bureau@kvan.nl Website: www.kvan.nl Jaarabonnement Nederland € 78,00 Buitenland € 90,25 Losse nummers € 8,00 Product- en personeelsadvertenties Sales & Services geeft inlichtingen over tarieven en plaatsing van alle advertenties. Postbus 2317, 1620 EH Hoorn Telefoon: (0229) 21 12 11 Fax: (0229) 27 04 04 Email: administratie@salesandservices.nl Ontwerp Infour, marketing en communicatie, Heerlen Opmaak Els Gulpen Grafische Vormgeving, Heerlen Druk Damen Drukkers, Werkendam Covertekening Niels Bongers ISSN 13854186 Het volgende nummer van het Archievenblad verschijnt in oktober 2018. Citaat van de maandIn hoe verre ze de werkelijkheid weergeven, is een andere vraag. Op een van de kaarten is minutieus het in de vijftiende eeuw door krijgsknechten van Philips de Goede verwoeste adellijke Huis ten Bosch (bij Weesp) ingetekend, met bovenop zelfs een ooievaarsnest. Helaas kwam de tekenaar er te laat achter dat hij zich bij het maken van de kaart had vergist: hij had het slot per ongeluk aan de verkeerde zijde van de Vecht getekend. Op de kaart van Sloten (NH) hoopt Van Noord de oudste afbeelding gevonden te hebben van het kerkje van Sloten. Al in 1063 wordt er een kapel in het dorpje vermeld. De in later eeuwen gebouwde kerk, gelegen aan de heilige weg waarlangs pelgrims na 1345 naar Amsterdam trokken om het Mirakel van het Sacrament te aanschouwen, werd in 1573 verwoest door de Geuzen tijdens het beleg van Haarlem. De oudste tot nu toe bekende afbeelding dateert van 1594, maar we kennen de Sloterkerk vooral van tekeningen uit de 17e eeuw, bijvoorbeeld van Rembrandt: niet veel meer dan wat staketsels van het voormalige koor tegen de achtergrond van de pas in 1654 herstelde kerk. De huidige kerk van Sloten, naar ontwerp van Jan Stuyt, dateert overigens van 1861. Bruinsz. tekende de verwoeste kerk in 1592. We zien dat de kerk (alleen nog?) zijn torenspits en dak mist. Nog zo’n verdwenen historische plek die Van Noord laat zien, zijn de in hun geheel verdwenen eilanden Den Hoorn en De Waart (ook wel Rebellenwaard genoemd) in het huidige Westelijk Havengebied in het IJ, ter hoogte van Sloterdijk. Op de kaart is niet alleen te zien dat er mensen woonden, maar ook dat het eiland met voortdurende afkalving van zijn oevers te maken had. Een soort Atlantis dat door natuur en mensenhand uiteindelijk wel gedoemd was ten onder te gaan. Voor wie nog meer verhalen achter de archiefschatten wil ontdekken: Anne van Noord zal haar bevindingen publiceren in het volgend jaar te verschijnen vierde en laatste deel van de serie Kaarten van Amsterdam. n Mirjam Schaap n redacteur Archievenblad. De archiefervaring van Anne van Noord Welke verhalen zitten er verborgen achter een kaart? Wat op het eerste gezicht niet meer dan een lastig te lokaliseren, met groene inkt inge- kleurd perceel lijkt, is voor Anne van Noord het startpunt voor een archiefonderzoek dat een schat aan informatie oplevert: over het stuk land, over de eigenaar of over een van de opmerkelijke details op zo’n kaart. En wie weet, heeft dat nu al een historische vondst opgeleverd. Van Noord volgt de master archiefwetenschap aan de UvA, of in correct Engels: Archival and Information Sciences. Maar de meeste studenten hebben volgens Van Noord nog ‘gewoon’ geschiedenis gestudeerd. Sinds enkele maanden is zij bij het Stadsarchief Amsterdam als stagiaire verbonden aan het onderzoeksproject van Marc Hameleers naar historische kaarten van Amsterdam. Van Noord doet daar ‘diehard’ archiefonderzoek naar de context van ontstaan en gebruik van de laatmiddeleeuwse en vroegmoderne kaartenboeken van de Amsterdamse gasthuizen, het Leprozenhuis, het Burgerweeshuis, het Nieuwezijds Huiszittenhuis en de Thesau rieren Ordinaris. Zij legt tijdens haar onderzoek de kaarten niet alleen naast en over elkaar, maar ook naast de andere documenten, akten en pachtregisters die in de desbetreffende archieven bewaard zijn gebleven. Dit levert, behalve veel nieuwe inzichten, vooral heel veel prachtige verhalen op, vooral wanneer je een bezitting over meerdere eeuwen kunt volgen. Van Noord toont Kaartboek B van het Burgerweeshuis, met kaarten uit 1592 en 1594, voor het grootste deel getekend door Pieter Bruinsz. Op veel van de kaarten staan opmerkelijk gedetailleerde herkenningspunten: dat was dan ook precies hun functie. Anne van Noord bladert door Kaartboek B, met voor haar de kaart van de verdwenen eilanden Den Hoorn en De Waart. Tekening van de kerk van Sloten met verwoeste torenspits. Foto’s: Mirjam Schaap. nummer 7 2018 n 5 Het vervallen Huis ten Bosch aan de Vecht, met aantekening dat het in werkelijkheid aan de andere kant van de rivier staat.6 n 2018 nummer 7 Hypothese en doelen In onze opzet van het experiment zijn we uitgegaan van de volgende aanname: Als een spamfilter onderscheid kan maken tussen ongewenste mail (spam) en gewenste (ham), dan kan een filter met machine learning waarschijnlijk ook onderscheid maken tussen twee andere klassen. Met deze hypothese in het achterhoofd hebben we de volgende doelen voor het experiment geformuleerd: • het ontwikkelen van een tool die (ongelezen) binnenkomende emailberichten kan identificeren en toewijzen aan een bepaalde klasse, bijvoorbeeld ‘bewaren’; • het scheppen van vertrouwen en transparantie bij de mede werkers in zelflerende systemen; de gebruiker traint zelf het systeem en ziet hierdoor direct het resultaat; • inzicht krijgen in de mogelijkheden en beperkingen van de verschillende zelflerende algoritmen die ingezet kunnen worden voor een classificatieprobleem. Keuzes maken Na het vaststellen van de hypothese en doelen volgde een intensieve periode van drie maanden experimenteren met een vast budget en een vast aantal uren. Dat betekende keuzes maken. De eerste sprint begon wat stroef. Onderling bestond geen gedeeld en/of duidelijk beeld van het te bereiken resultaat, waardoor we ook onze aanpak en focus niet scherp kregen. Door de te maken keuzes te visualiseren kwam het team op één lijn te zitten en ontstond draagvlak vanuit de betrokken disciplines. Vier assen Zoals het model laat zien zijn de keuzes geplot op vier assen: Innovatie wordt aangejaagd door de beschikbaarheid van grote hoeveelheden gegevens, een toename in computerrekenkracht én de inzet van zelflerende algoritmen. Door al deze ontwikke lingen borrelen nieuwe vragen op, ook in de wereld van archief en informatie. Kunnen deze zelflerende systemen bijdragen aan een betere informatiehuishouding? Is het mogelijk ze in te zetten voor het waarderen, selecteren en toegankelijk maken van ongestruc tureerde informatie binnen overheidsprocessen? Kunnen algo ritmen informatie identificeren en toewijzen aan een bepaalde klasse? Is de technologie al volwassen genoeg om ingezet te worden in een werkproces? Wat is nodig om ver trouwen te krijgen in de beslissingen die deze systemen voor ons nemen? Experiment Om antwoorden te vinden op deze vragen is het Nationaal Archief, in samenwerking met de ICTU, het experiment ‘Machine Learning en Automatische Classificatie van Email’ gestart. Het zelf experimenteren met nieuwe technologie binnen (erfgoed) instellingen is relatief nieuw. Een afgebakend kader is dan aan te raden, zoals aansluiten op de huidige praktijk en/of bestaande initiatieven en/of actuele ontwikkelingen binnen het vakgebied. Het bestaande project ‘emailarchivering Rijksoverheid’ was voor ons dan ook een ideale kandidaat. De werkwijze, ontwikkeld in dit project, geeft de medewerker tien weken de tijd om persoonlijke en nietrelevante emailberichten te verwijderen of te verplaatsen naar een aparte map in zijn of haar mailbox. Daarna worden alle overgebleven emailberichten naar een aparte omgeving verplaatst/gekopieerd. In het experi ment onderzoeken we of dit proces ook automatisch kan, met behulp van een zelflerend systeem. Op zoek naar de moge lijk heden van Machine Learning Experimenteren met een zelflerende informatie huishouding Mette van Essen n De hype rond kunstmatige intelligentie ontgaat niemand. Systemen zijn in staat waar te nemen, te leren, te handelen en zich aan te passen aan hun omgeving. Ontwikkelingen op dat gebied gaan in een razend tempo. Wat betekent dat voor de archiefsector? Kan een zelflerend systeem bijdragen aan een betere informatiehuishouding? Tekening: Niels Bongers. nummer 7 2018 n 7 Daarnaast is er een ontelbaar aantal algoritmen dat je kunt inzetten. Om een goede keuze te maken heb je een expert op het gebied van machine learning nodig. Als organisatie moet je duidelijk voor ogen hebben wat je van de gegevens wilt weten, domeinkennis hebben en beschikken over vol doende gegevens. Voor ons experiment gebruiken we ‘supervised machine learning’. Zo’n systeem traint zichzelf met emailberichten die een van tevoren een toegewezen klasse hebben. Het systeem is eerst ‘gevoed’ met ongeveer 3500 handmatig gelabelde emailberichten (‘functionele mail’ of ‘ruismail’). Met deze voorbeelden gaat het systeem eigenschappen herkennen en leert het onderscheid te maken tussen de twee verschillende klassen. Deze eerste training is gedaan tijdens de ontwikkel periode in de labomgeving. Het einde van de ontwikkelfase leverde een minimaal getraind prototype op. De gebruikte algoritmen zijn bewust geselecteerd om een redelijk resultaat te halen met kleine datasets. Ondanks dat was het aantal van 3500 emails nog te klein om iets te kunnen zeggen over de nauwkeurigheid en het functioneren van de algoritmen. De volgende logische stap was het gene reren van meer trainingsgegevens. Verder onderzoek met web-interface Een van de componenten van het prototype is een web interface. Via deze interface trainen we het machine learning model (een andere component van het prototype) verder. Twee maanden lang traint een groep medewerkers van het Nationaal Archief met het model. De medewerker voedt het systeem met eigen emailberichten. Het systeem geeft deze emailberichten een label mee (functioneel/ruis). Dit doet het op basis van wat het in de eerdere fase heeft geleerd. De medewerker geeft aan of deze voorspelling correct is. Zo niet, dan wordt het label gecorrigeerd. Het systeem leert van de wijzigingen die de medewerker heeft doorgegeven. 1. functionaliteiten die we willen ontwikkelen; 2. de omgeving waarop het machine learningprototype draait; 3. het aantal gebruikers en de gebruiksvriendelijkheid van het prototype (users); 4. het experimenteren met verschillende machine learning systemen (MLmodellen). Door de keuzes langs deze assen te leggen, wordt niet alleen duidelijker waar je gezamenlijk aan werkt, maar ook wat je niet kunt doen. Kies je bijvoorbeeld voor meer functionaliteit, dan kun je minder aandacht besteden aan de gebruiksvriendelijkheid van het prototype. Leg je de nadruk op het experimenteren met verschillende ‘machine learning’pakketten, dan is de software voor langere tijd alleen beschikbaar op de laptop van de ontwikkelaar. Dat heeft invloed op het aantal gebruikers. Je gaat niet met elkaar om de laptop van de ontwikkelaar zitten om het prototype te gebruiken. Zo hebben we tijdens elke sprint een gezamenlijke afweging kunnen maken, waarbij we de keuzes en de consequenties daarvan duidelijk in beeld kregen. Uiteindelijk leverde deze opzet in drie maanden tijd een werkend prototype op. Werking prototype Het prototype voorspelt tot welke klasse inkomende en uitgaande emailberichten horen. De twee gekozen categorieën (gerelateerd aan het project emailarchivering) zijn: 1. taakgerelateerde (of functionele) emailberichten: berichten verzonden of ontvangen bij het uitvoeren van de taak; 2. niettaakgerelateerde (of ruis) emailberichten: berichten die niet behoren tot de taak van de medewerkers. Denk aan persoonlijke communicatie (privégebruik email, communicatie tussen collega’s onderling), dubbele informatie (ccberichten, nieuwsbrieven, doorgestuurde berichten) en emailberichten over afspraken, uitstapjes, traktaties, borrels enzovoort. Daarna brak het moment aan van de gebruikerstraining. Machine learning kent verschillende manieren van trainen. >> Keuzemodel, gebruikt tijdens de startfase van het experiment ‘Machine Learning en Automatische Classificatie van E-mail’. INNOVATIE Kennisnetwerk Informatie en Archief8 n 2018 nummer 7 4. Het belang van data: hoe meer je het systeem voedt met gegevens, hoe beter het systeem patronen in de gegevens gaat herkennen. Daarnaast is het belangrijk dat we het systeem trainen met echte gegevens en niet met testdata die van tevoren zorgvuldig zijn geselecteerd. Hierdoor is de voorspelling niet altijd nauwkeurig, maar ze geeft wel een reëel beeld van de werkelijkheid. Conclusie Het experiment is tijdens het schrijven van dit artikel nog in volle gang. Op de vraag of zelflerende systemen kunnen bijdragen aan een betere informatiehuishouding, kan ik volmondig JA ant woor d en. Kan dit morgen al in ons werkproces worden toegepast? NEE. Machine learning is (nog) geen ‘plug and play’technologie. En misschien het allerbelangrijkst: machine learning is geen tech nisch vraagstuk. Het vergt commitment van diverse afdelingen en verschillende competenties. Je moet bereid zijn om te investeren in onderzoek en medewerkers vrijmaken, zodat zij kunnen experimenteren en zich kunnen verdiepen in de mogelijkheden die machine learning biedt. Er kan weerstand ontstaan omdat medewerkers denken dat automatische besluit vorming hun werk uiteindelijk gaat overnemen. Betrek daarom je medewerkers bij het ontwikkelen en trainen van het machine learningmodel. Dit geeft vertrouwen en helpt een betere aansluiting te vinden bij de dagelijkse praktijk. Meer weten? Bezoek kia.pleio.nl en discussieer mee op Kennisplatform Innovatie van Kennisnetwerk Informatie en Archief. Deze en andere innovaties in de archiefsector komen hier ruimschoots aan bod. In het najaar zal het eindrapport van Machine Learning en Automatische Classificatie van E-mail hier ook worden gepubliceerd. n Mette van Essen n adviseur digitale innovatie bij het Nationaal Archief. Lessons learned 1. Het opleveren van het prototype hielp om te experimenteren. Vraagstukken worden duidelijk door te doen. Onderweg kom je dingen tegen waar je rekening mee moet houden en die je van tevoren niet had kunnen bedenken. Neem bijvoorbeeld de gebruikte informatiebron: we wilden de gegevens rechtstreeks van de emailserver halen, maar daar hadden we geen toegang toe. 2. Om meer ervaring op te doen, kennis te delen en niet alleen een technologie te testen, installeerden we het prototype op onze eigen werkomgeving. Dit installatieproces heeft veel kennis opgeleverd: • Hoe controleer je of het nieuwe product, ook al gaat het om een prototype, volledig is? • Tijd is lastig. De dagelijkse werkzaamheden vragen veel aandacht. Experimenteren doe je er niet even bij. Daar moet je tijd voor vrijmaken en dat betekent iets anders niet doen. • Infrastructurele aanpassingen zijn nodig. Het machine learningmodel bestaat uit verschillende componenten. De gegevens worden op een bepaalde manier verwerkt. Wil je machine learning gebruiken in een werkproces, dan vraagt dit om aanpassingen van de huidige infrastructuur. Door een prototype te installeren kun je beter in kaart brengen wat er nodig is. 3. Privacy en beveiliging. Het werken met emails betekent het werken met gevoelige en persoonlijke informatie. Voor het experiment hebben we maatregelen genomen om datalekken en privacyissues te voorkomen en risico’s te reduceren. Dit klinkt als veel (extra) werk, maar door het onderdeel te maken van je experiment – als leerdoel – voorkom je discussies achteraf over bijvoorbeeld juridische onduidelijkheden rondom het gebruik van gegevens. >> Op het moment van schrijven is deze training in volle gang. Alle resultaten verwerken we in een eindrapport dat in het najaar wordt gepresenteerd, samen met de te nemen vervolgstappen.nummer 7 2018 n 9 Identiteit en het collectieve geheugen van de samenleving Op weg naar de toekomst (slot) Roland Bisscheroux n In een eerder artikel in deze reeks is vastgesteld dat we, misschien wel als reactie op schaal ver- groting en samenwerking, een toenemende belangstelling zien voor identiteit.1 Regionale identiteit is een belangrijke motivator voor de functie ‘collectief geheugen van de samenleving’ van archiefinstellingen. Problematisch wordt het als archief primair als erfgoed wordt beschouwd. Vlak bij het Mauritshuis in Den Haag, aan de andere kant van de Hofvijver, bevindt zich Galerij Prins Willem V. De schilderijen waarmee het Mauritshuis in 1822 als museum begon, waren afkomstig uit deze galerij. De collectie was in de achttiende eeuw bijeengebracht door stadhouder Willem V (17481806), prins van Oranje. De galerij, die in 1774 opende, werd speciaal gebouwd om Willems schilderijen tentoon te stellen. De wanden hingen er bomvol zodat de rijkdom van zijn verzameling goed te zien was. Ze was drie dagen per week toegankelijk voor het publiek en was daarmee de eerste openbare kunstcollectie van Nederland 2 , een verzameling Nederlands erfgoed ‘avant la lettre’. Cultuurbrief Het kabinet heeft recent de cultuurbrief Cultuur in een open samenleving gepresenteerd. Hierin wordt vastgesteld dat cultuur (de kunsten en het erfgoed) in de eerste plaats een eigen, intrinsieke waarde heeft. Daarnaast heeft cultuur ook een belangrijke maatschappelijke functie. ‘Erfgoed, zoals monumenten en musea [en archieven, RB], laat zien waar we vandaan komen, wat ons heden is en hoe we ons ontwikkelen. Erfgoed is daarmee een mooi voorbeeld van hoe cultuur een verbindende kracht in onze samenleving kan zijn. In een tijd waarin het lijkt alsof sociale verbanden vluchtiger worden en maatschappelijke tegenstellingen toenemen, is dat een niet te onderschatten waarde.’ Het kabinet snijdt met deze formulering een interessant thema aan: de functie van erfgoed (en dus ook archieven) voor het collectief geheugen van de samenleving. Wat is die functie en welke rol kunnen archivarissen en archiefinstellingen hierin spelen? Archief als erfgoed Laten we eerst stilstaan bij archief als erfgoed. Erfgoed is een begrip met een ruime betekenis en een ruime begripsopvatting. Erfgoed is de materiële erfenis van het verleden, erfgoed >> is het middel om betekenis te geven aan het hedendaags bestaan, erfgoed is een aanjager van maatschappelijke en culturele fenomenen, erfgoed is de bron voor de studie naar het verleden, erfgoed is een communicatiemiddel voor insluiting en identificatie, maar daarmee ook van uitsluiting en groepsvorming. In de cultuurbrief lezen we: ‘Het belang van erfgoed voor de identiteit en aantrekkelijkheid voor onze leefomgeving wordt breed gedeeld.’ En volgens Kunsten ‘92 is ‘erfgoed als kernkwaliteit een onmisbare bouwsteen die de identiteit van uw gemeente een gezicht geeft’. Kunsten ‘92 is een belangenorganisatie voor de hele kunst, cultuur en erfgoedsector en heeft de afgelopen jaren verschillende erfgoedagenda’s gemaakt voor gemeenteraadsleden, colleges van B en W, gedeputeerden en leden van Provinciale Staten. Galerij Prins Willem V. De galerij is gerestaureerd en ruim 150 meesters uit de collectie van het Mauritshuis hangen er nu weer zij aan zij. Hieronder werken van Rembrandt, Steen, Rubens en Potter. Bron: Takeaway, Wikimedia Commons (CC BY-SA 4.0).Next >