archievenblad sinds 1892 jaargang 122 2018 3 Uitgave van de Koninklijke Vereniging van Archivarissen in NederlandAlles heeft waarde. Het is maar net van welke kant je het bekijkt. Dat kan economisch, historisch, financieel en ook emotioneel zijn. Om die waarde te beschermen of te herstellen zijn wij er. VANWAARDE, de geruststellende dienstverlener voor het beheer, de restauratie en de calamiteiten- ondersteuning voor alles van waarde. VOOR ALLES VAN WAARDE BEHEER, RESTAURATIE EN CALAMITEITENONDERSTEUNING VOOR ALLES VAN WAARDE WWW.VANWAARDE.EU MUSEUMWACHTDOCUMENTENWACHTCALAMITEITENRESTAURATIE CIB Centraal InkoopBureau Dé duurzame archiefspecialist voor: • Archiefmappen • Archiefdozen • Affichemappen • Archiefcassettes • Omslagen en omslagpapier • Reparatiemiddelen • NEN 2728 kopieer- en printpapier • Schrijfwaren www.cib.nl/webshop Sinds 1937 leveren we totaaloplossingen voor de kantoor- omgeving en zijn we specialist op segmenten waaronder archiefdiensten, de lokale overheid, notarissen en advocaten. We bieden u een uitgebreid assortiment duurzame archief- materialen en schrijfbenodigdheden dat voldoet aan de Archiefregeling. Deze producten zijn opgenomen in onze speciale Deelcatalogus Duurzaam archiveren en onze webshop. Onze medewerkers beschikken over ruime productkennis en adviseren u graag over duurzaam archiveren in de praktijk. CIB Centraal InkoopBureau BV Postbus 330 2700 AH Zoetermeer telefoon: 079 36 38 400 e-mail: info@cib.nl Bekijk ons volledige aanbod in onze webshop www.cib.nl/webshop of vraag onze Deelcatalogus Duurzaam archiveren aan: 079 36 38 400 VDH media www.archiefdigitalisering.nl Uw partner in archiefdigitalisering VideoAudio FILM • 8mm, 9.5mm, 16mm en 35mm • Professionele scanners, lmreiniging en kleurcorrectie • Zowel in SD als HD mogelijk • Inclusief magnetisch, optisch of separaat audionummer 3 2018 n 3 36 ‘Het verhaal is van alle tijden.’ Terugblikken met Annemarie van Geloven en Jean Pierre Klaver Ze begonnen hun loopbaan bij dezelfde archiefdienst, kozen vervolgens hun eigen pad, maar toch kwamen hun wegen weer samen. Bij het Brabants Historisch Informatie Centrum waren ze jarenlang collega’s, maar aan die tijd komt een einde. Jean Pierre Klaver en Annemarie van Geloven gaan met pensioen. Tijd voor een terugblik. Bernadine Ypma n 17 Portable Antiquities of the Netherlands: private archeologische vondsten beschikbaar als Linked Open Data Portable Antiquities is een aanduiding voor kleine archeo logische vondsten zoals scher ven, munten, kledingspelden en haarnaalden. Veel van die vondsten komen uit profes sionele opgravingen en dat is het materiaal waar archeologen hun onderzoek vaak op base ren. Minder bekend is dat er ook heel veel private verzame lingen archeologica bestaan. Stijn Heeren n Inhoud 06 Erfgoed in de kijker. Lessen trekken uit succesformules Het Plakkaat van Verlatinghe is uitgeroepen tot ‘Het pronkstuk van Nederland’. In april 2018 staat het Nederlandse erfgoed opnieuw in de spotlights, ditmaal met de campagne Ons echte goud tijdens de Nationale Museumweek. Wat kunnen we leren van deze twee succesformules die het Nederlands erfgoed onder de aandacht brengen bij het grote publiek? Vera Weterings n 24 SNAAI wordt JONG archivarissen: weer klaar voor de toekomst! Van 2003 tot en met 2017 was SNAAI hét platform voor jonge archivarissen. Vele activiteiten en cursussen werden georganiseerd, tot eind vorig jaar het doek viel. SNAAI bestaat niet meer, maar leeft voort in JONG archivarissen. JONG archivarissen n 04 Van de redactie 05 De archiefervaring 06 Erfgoed in de kijker. Lessen trekken uit succesformules, Vera Weterings 10 Van kranten tot scheepspapieren en processtukken: rijkdom en verrijking van digitale bronnen voor onderzoek, Melvin Wevers, Jelle van Lottum en Marieke van Erp 14 Archief of museumstuk: een depot als schatkamer of vergaarbak? Nick Werring 17 Portable Antiquities of the Netherlands: private archeologische vondsten beschikbaar als Linked Open Data, Stijn Heeren 20 Winterschool Archives & Education 2018. Hoe kun je het gebruik van archieven in onderwijs stimuleren? Ellen Loozen, Caroline Nieuwendijk en Stefanie van Odenhoven 23 Column | De Buitenplaats, Puck Huitsing 24 SNAAI wordt JONG archivarissen: weer klaar voor de toekomst!, JONG archivarissen 26 Archief 2.0 versterkt KIA. ‘De geuzennaam veranderde in een eretitel’, Nine Pankras 28 Schaalvergroting en samenwerking. Op weg naar de toekomst (3), Roland Bisscheroux 32 Archiefmonument 33 Column 34 Uitgelezen 36 Burgerlijke Stand | ‘Het verhaal is van alle tijden.’ Terugblikken met Annemarie van Geloven en Jean Pierre Klaver, Bernadine Ypma4 n 2018 nummer 3 ColofonVan de redactie Verdieping, vernieuwing en verwondering Het aprilnummer van het Archievenblad staat in het teken van erfgoed, archeologie en musea. Van Pronkstuk tot Prize Papers: er wacht u een brede waaier aan artikelen voor meer verdieping, vernieuwing en verwondering vanuit archivistisch perspectief. In februari was de verkiezing van ‘Het pronkstuk van Nederland’. Dertig objecten uit de Nederlandse archieven en musea waren geselecteerd. Het Plakkaat van Verlatinghe, dat bewaard wordt in het Nationaal Archief, is daarbij tot winnaar gekozen. De mededingers waren niet mis, namelijk de microscoop van Antoni van Leeuwenhoek en de Nachtwacht van Rembrandt. Om inspiratie en inzichten op te doen, analyseerde Vera Weterings de verkiezing tot het Pronkstuk en ‘Ons echte goud’, de campagne van de Nationale Museumweek 2018. Wat kunnen we leren van deze twee succesformules die het Nederlands erfgoed onder de aandacht brengen bij het grote publiek? Het publiek heeft ook oog voor kleine archeologische vondsten. Stijn Heeren legt uit dat amateurarcheologen vanaf de jaren 70 meer dan 200.000 vondsten hebben gedaan. Met het programma ‘Portable Antiquities of the Netherlands’ worden archeologische vondsten uit Nederlandse bodem die zich in privébezit bevinden, gedocumenteerd en online gepubliceerd. Nick Werring bespreekt het Caart-Boeck van Voorne, waarvan zowel het uiteindelijke druk werk als de oorspronkelijke koperplaten en een tweetal recentere series afdrukken in de collectie van het Streekarchief VoornePutten zijn opgenomen. Zijn dit nu museum of archiefstukken? In Gent vond begin dit jaar de ‘Winterschool Archives & Education 2018’ plaats. Ellen Loozen, Caroline Nieuwendijk en Stefanie van Odenhoven doen verslag. Hoe kun je het gebruik van archieven in onderwijs stimuleren? De column van Christian van der Ven biedt eveneens perspectief, want hij stelt dat archie ven spannend kunnen zijn. Online games zoals Gone Home zijn daar een voorbeeld van. Archiefinstellingen zijn er voor het brede publiek, maar ook voor onderzoekers van digital humanities. Melvin Wevers, Jelle van Lottum en Marieke van Erp bespreken de mogelijkheden binnen digital humanities aan de hand van de casussen Delpher en Prize Papers. Ze geven aan dat er aandacht moet zijn voor complexiteit van zowel de databron als de onderliggende technologie en voor het trainen van gebruikers voor het doen van onderzoek met digitale bronnen. Het Archievenblad besteedde al eerder aandacht aan het groeiend aantal gemeenschap pelijke regelingen. Roland Bisscheroux bespreekt in zijn artikel verschillende juridische vormen, waaronder de bedrijfsvoeringsorganisatie. Daarbij merkt Bisscheroux op dat bij schaalvergroting de archiefinstellingen van de toekomst zich ook moeten blijven binden aan hun lokale en regionale identiteit. Een onderwerp waarover we met elkaar in discussie kunnen gaan op de kennisplatforms. n Bernadine Ypma n hoofdredacteur@archievenblad.nl ‘We need to bring archives down to the people!’ Andrew Payne, Head of Education and Outreach, National Archives (UK) Het Archievenblad is een uitgave van de Koninklijke Vereniging van Archivarissen In Nederland (KVAN). Het Archievenblad verschijnt tienmaal per jaar. Alle leden van de KVAN ontvangen het Archievenblad. Redactie Joris van Dierendonck (eindredacteur), Mirjam Schaap, May Scheepers, Geert Stroo, Cees Tromp, Floortje Tuinstra, Bernadine Ypma (hoofdredacteur), Marian de Vos, Nick Werring, Vera Weterings. Vaste medewerkers Roland Bisscheroux, Niels Bongers, Peer Boselie, Wouter van Dijk, Marcel Duijghuisen, Tessa Free, Marieke de Haan, Puck Huitsing, Charles Jeurgens, Hannie KoolBlokland, Erik Kraai, Noor Schreuder, Christian van der Ven. Redactieadres Archievenblad Westervoortsedijk 67D, 6827 AT Arnhem Telefoon: (026) 352 16 05 Email: redactie@archievenblad.nl Email persberichten: nieuws@archievenblad.nl Website: www.archievenblad.nl Abonnementen en ledenadministratie Wie geen lid is van de KVAN kan het Archievenblad bestellen bij het KVANbureau. Ook voor adres wijzigingen kunt u daar terecht. KVAN-bureau Westervoortsedijk 67D, 6827 AT Arnhem Telefoon: (026) 352 16 05 Email: bureau@kvan.nl Website: www.kvan.nl Jaarabonnement Nederland € 78,00 Buitenland € 90,25 Losse nummers € 8,00 Product- en personeelsadvertenties Sales & Services geeft inlichtingen over tarieven en plaatsing van alle advertenties. Postbus 2317, 1620 EH Hoorn Telefoon: (0229) 21 12 11 Fax: (0229) 27 04 04 Email: administratie@salesandservices.nl Ontwerp Infour, marketing en communicatie, Heerlen Opmaak en druk SchrijenLippertz MediaNova B.V. Coverfoto Niels Bongers ISSN 13854186 Het volgende nummer van het Archievenblad verschijnt begin mei 2018. Citaat van de maandnummer 3 2018 n 5 architectenbureau Brinkman en Van der Vlugt worden uitbesteed, dat ook het Van Nellegebouw voor zijn rekening heeft genomen. De een werd ernstig ziek en de ander overleed. Toen heeft HAL directeur De Monchy de artistieke leiding op zich genomen en zeven binnenhuisarchitecten aangetrokken: H.Th. Wijdeveld, J.F.A. Semey, F. Spanjaard, J.J.P. Oud, F.A. Eschauzier, J.P.L. Hendriks en het bouwbureau van de HAL met architect C.J. Engelen, die een of meerdere interieurs of onderdelen van het schip mochten ontwerpen. Op hun beurt koos elke architect zijn eigen groep kunstenaars om de speciale details te verzorgen. De drie verschillende klassen (katjuitklasse, toeristenklasse en derde klasse) werden alle door andere kunstenaars uitgevoerd. Op de foto staan de ontwerpen van Agnes Canta, een van de weinige vrouwelijke kunstenaars die een bijdrage heeft geleverd. Deze Rotterdamse graficus en kunstschilder ontwierp affiches en boekbanden en maakte muurschilderingen. Voor het schip maakte zij een muurschildering die op de achterwand van het theater in de kajuitklasse stond. De kleurrijke clown is een voorbode van de luchtige taferelen die zij daar heeft aangebracht. Het schip bestaat niet meer, omdat het in de jaren 70 in een Aziatische haven is gesloopt. Op basis van foto’s en tekeningen is wel een 3Dreconstructie van het schip op cdrom gemaakt, waardoor je virtueel door het schip kunt lopen. Dit album laat een glimp zien van wat ooit de grandeur van het schip moet zijn geweest. Vanaf het begin dat ik bij het Stadsarchief Rotterdam werkte, heb ik ontdekt dat de HollandAmerika Lijn en zijn vloot een belangrijke plek innemen bij de Rotterdammers en in de Rotter damse geschiedenis. De schepen zijn indrukwekkend om te zien, maar vertolken ook een verleden dat voorbij is en dromen van een nieuw bestaan. Daarnaast hebben veel Rotterdammers, of hun familie, gewerkt bij deze maatschappij. Indirect kan ik dit ook zeggen. De overgrootvader van mijn kin de ren was eerste stuurman bij deze maatschappij. In de stam boeken van de officieren staan de administratieve gegevens van zijn reizen. Dit album geeft ons de mogelijkheid om ons te verbeelden hoe zijn wereld in betere dagen eruit moet hebben gezien. Hij overleed aan de gevolgen van het oorlogsgeweld rond de S.S. Statendam in de meidagen van 1940. n Corinne Boeijinga-Hubers n intermediair zakelijke dienstverlening, Stadsarchief Rotterdam. De archiefervaring van Corinne Boeijinga-Hubers In de afgelopen twee decennia heb ik, als medewerker educatie en later als coördinator van de studiezaal bij het Stadsarchief Rotter dam, vooral anderen een mooie archief- ervaring gegeven. Honderden leerlingen, genealogen, amateurhistorici, trainees en Rotterdamse ambtenaren heb ik de schatten uit onze archie ven en collecties laten zien en proberen te overtuigen van het belang van goed infor ma tie beheer. Elke keer is het weer een uit daging om bezoekers persoonlijk te raken met onze archief stukken. Vaak is er wel een ver bin ding te maken met hun werk, hun leven of hun overleden familiel eden, hoe jong ze ook zijn. Zelf kom ik uit NoordBrabant en heb ik geen roots in Rotterdam. Toch is er één archiefstuk waarmee ik me persoonlijk verbonden voel en waardoor ik ook geraakt word. Tijdens een open dag in het begin van mijn loopbaan zag ik het herdenkingsboek voor het eerst, omdat het vanwege de kwetsbaarheid niet vaak getoond wordt. Het album met tekeningen en ontwerpen voor het stoom schip Nieuw Amsterdam laat mijn hart sneller kloppen. Na de officiële proefvaart van dit vlaggenschip van de HollandAmerika Lijn (HAL) in april 1938 hebben de kunstenaars het aan directeur Willem Hugo de Monchy aangeboden. Beroemde kunstenaars zoals Copier, Chabot en Gispen hebben een bijdrage geleverd aan het interieur van het schip en een schets van hun werk ingeleverd. De maidentrip naar New York volgde op 10 mei 1938 en duurde bijna 163 uur. Het schip is gebouwd bij de Rotterdamse Droogdok Maat schap pij eind jaren 30. De inrichting zou oorspronkelijk aan Corinne Boeijinga-Hubers: ‘Het album met tekeningen en ontwerpen voor het stoomschip Nieuw Amsterdam laat mijn hart sneller kloppen.’ Ontwerpen van Agnes Canta. Foto’s: Stadsarchief Rotterdam. 6 n 2018 nummer 3 Iconisch document Het Plakkaat van Verlatinghe uit 1581 is de officiële beslissing van de Nederlandse StatenGeneraal om afstand te nemen van de Spaanse vorst Filips II en hem niet langer als heer der Nederlanden te erkennen. ‘Ik ben blij dat Nederland heeft gekozen voor het Plakkaat van Verlatinge als hét pronkstuk van Nederland’, aldus Irene Gerrits, directeur Collectie en Publiek van het Nationaal Archief. ‘Het is een iconisch document dat geldt als een van de geboortepapieren van Nederland. Daarnaast Het archiefwezen kon trots zijn toen het Nederlandse publiek met een overtuigende meerderheid tijdens de liveuitzending van Het pronkstuk van Nederland afgelopen januari voor het Plak kaat van Verlatinghe koos. Het Plakkaat wordt permanent in het Nationaal Archief tentoongesteld en liet met 43% van de stemmen de andere finalisten ver achter zich. De microscoop van Antoni van Leeuwenhoek uit de collectie van Rijksmuseum Boerhaave kreeg 34% van de stemmen en Rembrandts Nachtwacht uit het Rijksmuseum 23%. Naast de prestigieuze titel Het pronkstuk van Nederland ontving het Nationaal Archief ook een handgemaakt bronzen schild en is er door PostNL een speciaal postzegelvel uitgegeven met daarop het Plakkaat van Verlatinghe. Pronkstuk van Nederland Waar is de Nederlander nu zelf het meest trots op? Wat zegt het meest over onze volksaard? Die vraag wilde Marc Pos, produ cent en bedenker van Het pronkstuk van Nederland, beant woord krijgen. In een nationale verkiezing werd gezocht naar dat wat ons als Nederlanders definieert, dat wat het meest zegt over onze historie en dat wat ons het meest verbindt. Hiervoor heeft productiemaatschappij Posvideo deskundigen, onder wie profes soren, kunsthistorici en kunstenaars, 150 objecten laten aandragen. Deze lijst is vervolgens aan een nieuw team van experts voorgelegd, onder wie de connaisseurs uit het program ma Catelijne van Middelkoop (categorie ontwerp), Paul Rem (kunst) en Herman Pleij (erfgoed). Zij stelden een longlist samen van negentig pronkstukken (dertig per categorie). Deze longlist verwerkte onderzoeksbureau NBTC NIPO tot een enquête die aan 1500 respondenten werd voor gelegd. De resul taten vormden de uiteindelijke top dertig (tien per categorie) die op 15 december 2017 werd gepresenteerd tijdens de eerste uitzending van Het pronkstuk van Nederland. Op die eerste selectie hebben de deelnemende erfgoed instellingen verder geen invloed gehad: dat begon pas toen er van 15 tot en met 31 december voor het eerst een stem kon worden uitgebracht op elk van de drie categorieën, en vervolgens tijdens de liveuitzendingen eind januari toen de drie finalisten per categorie bekend werden gemaakt. Erfgoed in de kijker Lessen trekken uit succesformules Vera Weterings n Het was een opsteker voor de archiefwereld toen het Plakkaat van Verlatinghe van het Nationaal Archief op nationale televisie werd uitgeroepen tot ‘Het pronkstuk van Nederland’. In april 2018 staat het Nederlandse erfgoed opnieuw in de spotlights met de landelijke campagne ‘Ons echte goud’ tijdens de Nationale Museumweek. Wat kunnen we leren van deze twee succesformules die het Nederlands erfgoed onder de aandacht brengen bij het grote publiek? Bijzonder moment: het Plakkaat van Verlatinghe is uitgeroepen tot hét pronkstuk van Nederland. Marens Engelhard (NA) neemt een hand - ge maakt bronzen schild in ontvangst. Foto: AVROTROS/Michel Snater. Het Plakkaat van Verlatinghe. Foto: Anne Reitsma. nummer 3 2018 n 7 heeft het ook de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring ter inspiratie gediend. Het is een document waar we met z’n allen erg trots op mogen zijn.’ Nationale Museumweek Het pronkstuk van Nederland heeft ons erfgoed duidelijk onder de aandacht gebracht. In april staat het op een voetstuk plaatsen van ons landelijke erfgoed wederom op de agenda. In die maand organiseerde de Museumvereniging jarenlang succesvol het Museumweekend, dat in 2015 werd verlengd naar een hele week. Tijdens de Nationale Museumweek organiseren musea niet alleen volop extra activiteiten, maar worden ze zelf ook extra onder de aandacht gebracht met een grote mediacampagne: Ons echte goud. Het doel van de campagne is volgens Mirjam Moll, manager collectieve promotie van de Museumvereniging, om heel Nederland trots te laten zijn op de eigen kunstschatten in de regio en de Nederlanders meer waardering te laten krijgen voor de musea in hun buurt. ‘Daarom brengen we de kunstobjecten naar buiten. Voor iedereen bereikbaar, ook voor hen die nooit naar een museum gaan.’ Ons echte goud Voor de campagne sloeg de Museumvereniging de handen ineen met Xsaga en Q&A Communicatie. De stijl van de campagne werd in samenwerking met ontwerpbureau Lava bedacht. Het eerste jaar werd elke dag in een andere stad van een object een enorme gouden replica onthuld: Eva in Middelburg, de Mosasaurus in Maastricht, de Poldermolen in Arnhem, de gouden drinkhoorn in Kampen, VOCschip de Halve Maen in Hoorn, de DAF in Eindhoven en het zwaard van Grutte Pier in Leeuwarden. Het tweede jaar keerde een aantal van deze objecten terug en werden de 2755 kleine, gouden poldermolens die in 2015 in Arnhem de Poldermolen vormden, ingezet als cadeau voor museumbezoekers. Musea verlootten de molentjes onder bezoekers of verbonden ze aan een speurtocht door het museum. Nieuw in 2016 was de gouden Hondekop (Mat’54) op het Domplein in Utrecht. In 2017 werden de Letterkast van P.J. Prins in Dordrecht, het Meisje van Yde in Assen en De Ploeger in Helmond tot reusachtige proporties opgeblazen in goud. Doel van de campagne is na vier jaar nog steeds om mensen in Nederland op een nieuwe manier te interesseren voor de vele museumschatten van ons land. Dit jaar staat Slot Loevestein op het programma. Moll: ‘Met erfgoed en goudverf de mensen het museum in lokken: met grote gouden replica’s in de publieke ruimte verrassen en confronteren we het publiek met voorwerpen die normaliter alleen in het museum te zien zijn.’ Oude versus nieuwe doelgroepen Naast de plaatsing van de gouden replica’s werden in 2017 voor het eerst drie speciale popup musea geopend, waarbij >> Onthulling Gouden Ploeger. Foto: Jorrit Lousberg. Pop-up museum in de Berger Scholengemeenschap. Foto: Jorrit Lousberg. Onthulling Gouden Meisje van Yde. Foto: Jorrit Lousberg.8 n 2018 nummer 3 >> Aviodrome, Museum Kranenburgh en Museum de Fundatie samen werkten met respectievelijk MBO College Lelystad, de Berger Scholengemeenschap en het Deltion College onder het motto ‘een half miljoen mbostudenten zijn het museumpubliek van de toekomst’, aldus Moll. ‘Om museale collecties echt naar nieuw publiek te brengen, zijn er dit jaar enkele popup musea in scholen voor voortgezet onderwijs na de succesvolle pilot van vorig jaar. Dit zijn samenwerkingsverbanden tussen musea en scholen, waarbij scholieren hun eigen tentoonstelling mogen samen stellen uit de collectie (depot) van een nabij gelegen museum. Daarnaast vormen millennials (geboren tussen 1980 en 2000) een nieuwe publieksgroep die nog weinig door musea bereikt wordt. Voor hen zijn er Golden Hours in twee musea met sprankelende programma’s rond een optreden van een bekende rapper.’ Ook worden in diverse musea evene menten voor speci fieke doelgroepen georganiseerd. Zo ook in Rijksmuseum Boerhaave, aldus marketeer Marieke Verweij: ‘We organiseren een GirlsDay voor meisjes om ze te enthousiasmeren voor de wetenschap.’ Museumtips ‘Ook de trouwe Museumkaarthouders worden niet vergeten’, aldus Moll. ‘Zij ontvangen extra museumtips en kunnen worden uitgenodigd voor een MuseumkaartMatchavond bij hen in de buurt. Hier komen gelijkgestemde museumliefhebbers samen voor bijzondere activiteiten en een hapje en een drankje.’ Museum kaartMatch is vorig jaar in de aanloop naar de Nationale Museumweek gelanceerd om mensen in contact te brengen met andere museumliefhebbers om samen een museum te bezoeken. Maandelijks maken zo’n tweeduizend kaarthouders gebruik van deze gratis service. Wat kunnen archieven hier van leren? Moll: ‘Weet wat je doelgroep is en waar je die kunt vinden. Bij wie wil je de archiefcollecties onder de aandacht brengen en wat zijn de behoeften van die doelgroep? Wat zijn bijvoorbeeld de kanalen waarop zij informatie tot zich nemen, waar bevinden ze zich en hoe zijn zij tegen zo laag mogelijke kosten te bereiken?’ Hoe is het Nationaal Archief bijvoorbeeld zo ver gekomen in de landelijke verkiezing van Het pronkstuk van Nederland? Waarom heeft het Nederlandse publiek massaal op dit archiefstuk gestemd? Marieke Istha, adviseur communicatie en marketing van het Nationaal Archief, legt uit dat er in aanloop naar de voorrondes in december is gestart met topstukkenrondleidingen rondom de vier stukken die waren genomineerd: het Plakkaat van Verlatinghe, de Vrede van Munster, de Unie van Utrecht en de grondwetsherziening van 1848. Istha: ‘Daarnaast hebben we een beroep gedaan op ons eigen netwerk. Intern hebben we iedereen opgeroepen familie en vrienden enthousiast te maken om te stemmen, maar ook collegaerfgoedinstellingen zijn benaderd en KVANBRAIN heeft een oproep verstuurd naar zijn leden.’ Ook Verweij heeft veel gehad aan de achterban van het museum. Verweij: ‘De KNAW mobiliseerde alle wetenschappers om op de microscoop te stemmen. Daarnaast verstuurden we persberichten naar lokale media. We kregen een interview op de lokale radio, een item op de regionale tv en een stukje in het Leidsch Dagblad. Hiermee probeerden we vooral Leiden als wetenschapsstad te mobiliseren, maar we kregen er veel meer voor terug: bekende Nederlanders gingen uit eigen beweging op Twitter pleiten voor de microscoop, zoals astronaut André Kuipers, universiteitshoogleraar Robbert Dijkgraaf en hoogleraar wetenschapscommunicatie Ionica Smeets.’ Ludieke actie ‘Als klap op de vuurpijl organiseerden we een stembureau bij het museum, dat werd geopend door burgemeester Henri Lenferink, rector magnificus Carel Stolker en onze directeur Dirk van Delft’, aldus Verweij. ‘Iedereen die een stem uitbracht mocht het museum gratis bezoeken, er waren extra rondleiders die op zaal uitleg gaven bij de microscoop en bezoekers konden onder begeleiding van een restaurator zelf door replica’s van de microscoop kijken.’ De spontane actie had niet alleen effect op bezoekers die ter plekke hun stem uitbrachten, maar deed het vooral ook goed op social media. Om die reden ging het Nationaal Archief op de finaledag ook de straat op. Istha: ‘Met een tuktuk maakten we voor meer zichtbaarheid in de stad een ware ‘Verlatinghe mij niet’tour langs het ministerie, de Tweede Kamer en de burgemeester van Den Haag. Dat leverde veel publiciteit op, vooral op Twitter.’ Focus op social media ‘We hebben ook het meeste gehad aan social media, omdat het bereik groot is en we het publiek redelijk goed kennen. We wisten dus dat het Plakkaat van Verlatinghe een onderwerp was dat goed lag. Ons publiek houdt van geschiedenisverhalen en feitjes’, aldus Istha. ‘Daarbij hebben we ook gebruikgemaakt van Facebookadvertenties, omdat deze heel gericht voor een laag bedrag kunnen worden ingezet.’ Niet alleen het Nationaal Archief heeft social media veelvuldig ingezet, ook de andere finalisten erkennen de kracht van dit snelle medium. Mark Colly, persvoorlichter bij het Rijksmuseum, zette vooral in op Twitter en De microscoop van Antoni van Leeuwenhoek. Collectie: Rijksmuseum Boerhaave, Leiden. Van links naar rechts: directeur Dirk van Delft, burgemeester Henri Lenferink, rector magnificus Universiteit Leiden Carel Stolker. Foto: Rijksmuseum Boerhaave/Hielco Kuipers.nummer 3 2018 n 9 Facebook. ‘Social media is het ideale platform voor zo’n wedstrijd’, aldus Colly. ‘We hebben alle collega’s opgeroepen om vooral via hun eigen kanalen te delen. Dat verzoek legden we ook voor aan onze sponsoren, zo heeft Philips een tweet geplaatst.’ De kracht van herhaling In de finaleweek hebben de finalisten van het programma in één week tijd hun achterban twee keer moeten oproepen te stemmen op ‘hun’ pronkstuk. Je zou denken dat mensen pronkstukmoe zouden worden en niet herhaaldelijk zitten te wachten op informatie over de finalisten. Niets bleek minder waar. ‘Je blijft mensen houden die er opnieuw over willen lezen’, aldus Istha, ‘daarbij heeft nog lang niet iedereen het verhaal gehoord. Je moet het verhaal dus telkens opnieuw vertellen. In korte, krachtige berichten moet je proberen mensen te blijven prikkelen zodat ze denken: ‘Dat wist ik nog niet.’ We hebben telkens nieuwe feiten over het Plakkaat naar voren gebracht, bijvoorbeeld wie het geschreven heeft of hoe het tot stand is gekomen. Het verhaal van het Plakkaat spreekt tot de verbeelding en dat moet je gebruiken, daar zit het hem in. Helemaal wanneer je de stukken weet te linken aan het nu, dan blijf je aandacht houden op social media.’ Colly sluit hierbij aan: ‘Als je een object uit je collectie neemt en linkt aan iets dat in de belangstelling staat, dan zal dat goed scoren. Archieven kunnen meer hun best doen om aansluiting te zoeken bij de actualiteit en wat de samenleving interesseert.’ Istha is ook heel tevreden hoe ambassadeur Erik Scherder, vermaard neuropsycholoog en hartstochtelijk fan van het Plakkaat, de parallellen trok met het heden en zo veel mensen tijdens de uitzending wist te overtuigen op het Plakkaat te stemmen. Volgens producent Pos is juist dat betoog van groot belang bij de vertaalslag naar het grote publiek: ‘Je moet in vijf minuten recht doen aan het stuk, maar tegelijkertijd mensen intrigeren en raken zodat ze een mening vormen en gemotiveerd raken om te stemmen.’ Luchtigheid Als je een groter publiek wilt bereiken is het volgens Pos ook van belang dat je een vertaalslag maakt: ‘Je moet een brug slaan tussen de specialisten en het grote publiek. Een grote valkuil is om op schoolse wijze uitleg te geven. Hierdoor geef je mensen het gevoel dat ze een kennisachterstand hebben en creëer je afstand. De truc is om mensen op een speelse wijze betrokken te laten raken en dat leer je vooral door met mensen buiten je eigen vakgebied te praten.’ Daarbij is het volgens Colly ook belangrijk niet altijd even serieus te zijn: ‘Social media is voor velen vermaak en hoeft dus niet altijd heel inhoudelijk te zijn. Het mag soms wat luchtiger. Je merkt namelijk dat als iets luchtig gebracht wordt, er automatisch meer interesse voor de inhoud ontstaat. Zo deelden we via onze kanalen het bericht ‘Danny Froger nog nooit in het Rijksmuseum geweest. Wij weten wel beter…’, naar aanleiding van een stuk in het Parool waarin Froger liet weten nog nooit in het Rijksmuseum te zijn geweest. Bij de tekst plaatsten we een gifje waarin we ons portret van Don Ramón Satué van Francisco de Goya uit 1823 over lieten lopen in een recente foto van Danny Froger.’ Storytelling Ook Verweij onderschrijft de entertainmentrol van social media: ‘Storytelling kan heel goed worden ingezet; social media leent zich daar goed voor. Er zijn de prachtigste verhalen te vertellen over archiefstukken, ook als het stuk niet zo’n fraai uiterlijk heeft. Als je een beetje creatief denkt, kun je verhalen aankleden met foto’s of schilderijen van bijvoorbeeld de maker, regio of periode van het betreffende archiefstuk. Het gaat namelijk niet zozeer om de schoonheid van het object, maar om het verhaal eromheen. Juist die verhalen spreken mensen aan en je trekt de aandacht met beelden. Daarnaast is het ook belangrijk om niet te vergeten hoeveel lol je kunt beleven aan ontdekkingen in het archief. Als je dat goed weet over te brengen, heb je echt een sterk verhaal dat aanspreekt.’ Voorbeeldfunctie Ook na afloop van de uitzendingen van Het pronkstuk van Nederland verdween de interesse voor het Plakkaat van Verlatinghe niet. Het Nationaal Archief speelde hierop in door specifieke rondleidingen over het Plakkaat te organiseren. De rondleidingen worden goed bezocht en het archief merkt ook dat er vooral in het weekend bij bezoekers meer vraag is naar het Plakkaat. Een replica van het Plakkaat is daarom naar de Tweede Kamer verhuisd. Khadija Arib, voorzitter van de Tweede Kamer: ‘Het is goed dat dit document ook in de Tweede Kamer, het hart van de Nederlandse democratie, te bezichtigen is. Het vertelt ons wie wij zijn: een land waarin iedereen zich vrij kan uitspreken, waarin iedereen kan geloven wat hij of zij wil, en waarin er ruimte is voor de standpunten van minderheden.’ n Vera Weterings n redacteur Archievenblad, stafmedewerker pr, marketing en communicatie bij CBG|Centrum voor familiegeschiedenis. Erik Scherder in ‘Het pronkstuk van Nederland’. Foto: AVROTROS/Michel Schnater. Portret van Don Ramón Satué, Francisco de Goya, 1823. Collectie: Rijksmuseum, Amsterdam. Next >